Puberteit

Puberteit

Jongeren komen tijdens hun puberteit vaak voor het eerst in aanraking komen met alcohol, drugs en roken. Op de middelbare school gaan ze voor het eerst naar schoolfeestjes en huisfeestjes. Later gaan ze naar dance-evenementen en discotheken, of komen op andere plekken waar ze drank of drugs krijgen aangeboden. Ze gaan experimenteren met de eerste glas alcohol, de eerste sigaret of zelfs de eerste joint. Als ouder/verzorger of docent zul je daarom regelmatig tegen dit onderwerp aanlopen. Het is verstandig om je zelf op te hoogte te brengen  van de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van tabak, alcohol of andere drugs, en je kennis uit te breiden over het puberbrein.

Er zijn in het algemeen drie fasen in de puberteit. De hersenen maken een grote ontwikkeling door. Vooral bepaalde gebieden in de hersenen zoals de prefrontale cortex en het limbisch systeem, die te maken hebben met emoties, laten een duidelijke ontwikkeling zien in de drie fasen van de puberteit: Vroege adolescentie, midden adolescentie en late adolescentie. Deze fasen worden niet door iedere puber op hetzelfde moment doorlopen. De puberteit verschilt per persoon.

In deze periode beïnvloeden hormonen en het proces van hersenontwikkeling het gedrag van de jongeren. Ze reageren emotioneler en gevoeliger. En ze handelen impulsief. Zij gaan zich los maken van de ouders. Ze willen dat hun behoeftes direct bevredigd worden. Dit betekent dat als ze zin hebben in een ijsje dat ze dat dan ook gelijk willen kopen! In deze fase zijn zij gevoelig voor groepsdruk en groepsinvloed.

 

Tijdens de midden adolescentie ontwikkelen jongeren steeds meer een eigen 'ik'. Ze zijn geneigd om meer risico's te nemen en ze hebben behoefte om te experimenteren. Ze willen graag een gevoel van sensatie beleven en kijken niet naar de gevolgen en consequenties van hun gedrag. De balans tussen denken en voelen is onvoorspelbaarder in deze fase. Ze hebben veel stemmingswisselingen maar durven wel steeds meer af te wijken. Dit verklaart waarom een puber, die thuis aan de keukentafel heel verstandig praat over de gevaren van alcohol, en in de kroeg met vrienden minder wijs is.

 

De late adolescentie is de laatste fase van de puberteit. De leeftijd van deze fase is 16 tot 22 jaar. De hersenen zijn gerijpt en er wordt meer rekening gehouden met de sociale en emotionele gevolgen van eigen gedrag. Ze worden steeds zelfbewuster en krijgen meer een eigen identiteit. Ze stellen zich verantwoordelijker op en ze kunnen meer kijken naar de lange termijn effecten en zijn in staat om weloverwogen beslissingen te maken. Af en toe vallen zij terug in onvolwassenheid. In deze fase kunnen ze beter weerstand bieden tegen sociale druk vanuit de omgeving.


Deze fasen worden niet door iedere puber op hetzelfde moment doorlopen. De leeftijden die genoemd zijn bij de fasen zijn een indicatie.